Onlangs bracht AZ opvallend transfernieuws naar buiten via de clubwebsite. Dit keer was het geen nieuwe spits die werd aangetrokken, maar een voormalig scout en manager in het Amerikaanse honkbal. Billy Beane, bekend als sportlegende die de bescheiden honkbalclub Oakland Athletics tot ongekende hoogte bracht op basis van statistieken, gaat bij AZ aan de slag als clubadviseur. Is dit het begin van iets wat eigenlijk al lang had moeten gebeuren? Gaat de voetbalwereld dan eindelijk gebruik maken van statistieken?
Billy Beane leidde het middelmatige Oakland naar successen met behulp van statistische analyses. In 2012 verscheen hierover de film Moneyball, waarin Brad Pitt de rol inneemt van Billy Beane. Eenzelfde soort scenario moet ook in het voetbal mogelijk zijn; het voetbal zou veel meer gebruik moeten maken van beschikbare statistieken. Ten eerste omdat statistieken in andere sporten hebben bewezen een belangrijke rol te kunnen spelen. Waar sporten als basketbal en honkbal dankbaar gebruik maken van waardevolle (spelers)analyses, loopt het voetbal nog mijlenver achter met het maken en analyseren van statistieken.
Trailer Moneyball
Ten tweede heeft het verleden aangetoond dat statistieken enorm van waarde kunnen zijn voor het voetbal. Louis Van Gaal is een van de weinige coaches die afgaat op wetenschappelijke data, en dat werkt. In de kwartfinale tegen Costa Rica op het WK in 2014 paste Van Gaal een inmiddels fameuze wissel toe. Hoewel Jasper Cillissen een uitstekende wedstrijd keepte, koos Van Gaal ervoor om hem tijdens de penaltyserie te wisselen voor Tim Krul. De statistieken wezen er namelijk op dat Krul in zijn carrière veel meer penalty’s stopte dan Cillissen, die nog nooit een penalty wist tegen te houden. Hoe de wissel vervolgens uitpakte, staat bij iedereen nog vers in het geheugen.
Tenslotte kunnen clubs hun verkoop- en aankoopgedrag aanpassen op de beschikbare wetenschappelijke data. Tegenwoordig zijn er bedrijven als Opta, Infostrada en WhoScored die met behulp van computers allerlei cijfermateriaal over het voetbal verzamelen: het balbezit percentage, het aantal afgelegde kilometers, het aantal schoten op doel en ga zo maar door. Op basis van dit soort statistieken berekende de zogenaamde Castrol Index van de FIFA de elf beste spelers tijdens het afgelopen WK. Een aantal van deze spelers wisten daardoor een transfer te maken naar een topclub. Zo verkaste de tot dan toe onbekende Argentijnse verdediger Marcos Rojo naar Manchester United en verdiende onze eigen Stefan de Vrij een transfer naar Lazio Roma. Beide spelers hebben zich vervolgens moeiteloos aangepast aan het hogere niveau van de Engelse- en de Italiaanse topcompetitie.
Wat is de Castrol Index?
Statistieken kunnen in het voetbal dus enorm van waarde zijn. Ze helpen niet alleen bij het bepalen van de juiste tactiek, ze kunnen ook worden gebruikt bij het aantrekken van de juiste spelers. Bij het Deense FC Midtjylland wordt dit proces al uitgevoerd; deze club benadert voetbal op basis van statistische analyses. Met succes, want het team staat fier bovenaan in de Deense voetbalcompetitie. Cijfers liegen dus niet, ook niet op het voetbalveld.